Als de negentienjarige en verweesde Selina Peake eind 19e eeuw op de bok van een boerenkar de reis van slechts 10 mijl van Chicago naar het gehucht High Prairie aflegt om daar schooljuffrouw te worden voor de kinderen van de Nederlandse groentekwekers, kan ze haar geluk niet op. Ze ziet deze onderneming als een tussenstation in een leven vol avontuur ‘dat je moest nemen zoals het kwam erop vertrouwend dat er ieder moment iets prachtigs op je pad kon komen.’ Hoe anders zal haar leven echter verlopen als ze niet lang na aankomst verliefd wordt op een stugge Hollandse weduwnaar die voor het ongeluk geboren lijkt te zijn. Maar Selina houdt vol en ondanks of misschien dankzij haar geromantiseerde kijk op het leven en met behulp van haar grote vastberadenheid ziet zij kans, na de dood van haar man, om hun boerenbedrijf nieuw leven in te blazen. Ze is vastbesloten haar zoon Dirk (Zogroot is zijn kinderkoosnaam, waarop de oorspronkelijke Engelse titel ‘So big’ berust) de culturele opvoeding en een artistiek leven te geven die zij voor zichzelf gewenst had. Dirk echter bewandelt een ander pad en kiest voor de financiële wereld en de rijke, luxe leefstijl die daarbij hoort.
Selina blijft in de kleinste dingen iets moois zien en geniet van de eenvoud om zich heen. Dit zorgt voor mooie gesprekken tussen moeder en zoon die elkaar respecteren en vol liefde met elkaar omgaan. Dit boek dat bijna honderd jaar geleden in 1925 de Pulitzer Prize won, is verrassend modern en vlot geschreven en geeft een prachtig tijdbeeld van de opkomst van de industrialisatie en de financiële markten in Amerika met de bijbehorende uitspattingen van de rijke elite tegenover de eenvoud van een kleine boerderij en de schoonheid van het Amerikaanse platteland en noeste arbeid en de schone kunsten die ook een belangrijke rol spelen in dit boek. Daarmee is het helemaal een boek van zijn tijd met romantische aspecten alsook vleugjes realisme en naturalisme en het fin de siècle denken, waarbij de duidelijke boodschap is dat mooi niet altijd goed is, dat ‘lelijke’ mensen best een heel mooi karakter kunnen hebben en dat rijk zijn niet altijd betekent dat je veel geld hebt.
Wat dit boek extra interessant maakt, is het feit dat een Hollandse gemeenschap er een grote rol in speelt. Deze gemeenschap van Nederlandse immigranten vestigde zich hier vanaf 1840 als groentekwekers die hun groenten verkochten op de markten van Chicago. Ze leefden hier hun Hollandse leven met stugge, no nonsens karakters in boerderijen naar Hollands voorbeeld. De verrukking van Selina over de prachtige velden vol groene en rode kolen, die zij als groene agaat en purpersteen benoemt, wekt grote hilariteit onder de nuchtere Hollanders.
Wat mij ook fascineerde was de vertaling van het boek. Een vertaling die dus bijna honderd jaar na dato is gemaakt. Welke beslissingen neemt een vertaler over ouderwets taalgebruik, ouderwetse formuleringen en in het bijzonder: hoe zijn de vreemde Engelse zinnen van de Nederlandse personen in dit boek vertaald naar het Nederlands? In de Nederlandse vertaling spreken de Nederlandse personages in het boek een kortaf, beknopt Engels zonder lidwoorden en af en toe in een vreemde volgorde. Ik probeer hierin de Nederlandse invloed terug te vinden. En dit is lastig aangezien ik de tekst in een Nederlandse vertaling lees. Een Amerikaanse schrijfster heeft bijna een eeuw geleden Engelse zinnen met een Nederlandse ondertoon opgeschreven, die nu in het Nederlands zijn vertaald. ‘Never must anybody dress up in a bride’s dress only to get married’ wordt vertaald als ‘Nooit mag iemand bruidsjurk aantrekken, behalve om te trouwen’. Ik zou het interessant vinden om na te gaan hoe Ferber kwam tot deze zinnen en wat de argumenten van d e vertaalster waren om ze te vertalen zoals ze heeft gedaan. Even zo interessant zou het zijn om na te gaan hoe Edna Ferber aan haar kennis over deze Nederlandse gemeenschap is gekomen.
Hetzelfde geldt voor de Nederlandse titel. Die is zo heel anders dan de oorspronkelijke Engelse en toch heel toepasselijk. Zowel de Engelse titel So Big als de Nederlandse titel Het purperen land worden in respectievelijk het eerste en tweede hoofdstuk verklaard en geven ieder op eigen wijze een duidelijke verwijzing naar een belangrijk aspect van het verhaal. SoBig de bijnaam van Dirk deJong, zoon van Selina waarmee hij letterlijk en figuurlijk zijn lengte en betekenis aangeeft en die een directe verwijzing is naar zijn toekomst en hoe verschillend deze is ten opzicht van de levenswijze van zijn moeder en haar wensen voor hem. Het purperen land verwijst naar de kolenvelden, het land dat ‘door de late middagzon in een gloed van rozerood, goud en glinsternevel wordt gezet, een gloed die bij dit merengebied hoorde.’ Zo ziet Selina het voor het eerst en ze wordt vervuld door een gelukzalig gevoel van avontuur, schoonheid en romantiek, niet wetende dat ze dit land de rest van haar leven niet meer zal verlaten en dat dit land ook ploeteren betekent en voor velen alle schoonheid heeft verloren.
Een mooi boek, dat terecht nieuwe leven ingeblazen krijgt met deze Nederlandse vertaling.
Het Purperen land. Edna Ferber. (Oorspronkelijke titel: So Big,1924). Uit het Engels vertaald door Lisette Graswinckel (2016). 319 pp.
Een exemplaar werd me beschikbaar gesteld door Uitgeverij Nieuw Amsterdam, waarvoor mijn dank. Ik las dit boek en schreef dit stuk voor de online pop-up boekenclub Een Perfecte Dag voor Literatuur. Lees hier wat anderen leden van EPVDL over dit boek schrijven.