Roman(s) Op de Beeck feit en/of fictie?

komhierdatikukus

Sinds kort ben ik lid van een boekenclub. Gewoon, volgens het bibliotheekstramien van de leeskring, met een 7-tal vrouwen uit mijn woonplaats, sommige bekenden, anderen niet. In de week voorafgaand aan de avond waarop wij het boek Kom hier dat ik U kus zouden bespreken, kwam de auteur van dat boek, Griet Op de Beeck, op televisie naar buiten met de onthulling dat zij er via therapie en zelfonderzoek achter was gekomen dat zij in haar vroege jeugd was misbruikt door haar vader.

Deze verklaring bracht een vloed aan reacties en commentaar teweeg, variërend van bewondering voor haar moed om dit zo te delen met heel Nederland, tot ongeloof over de waarheid van deze herinnering verkregen via therapie. Ook binnen onze groep waren de meningen over haar onthulling verschillend, zo bleek die avond. Het gaf in ieder geval een extra dimensie aan de bespreking van dit boek dat al in 2014 verscheen.

In het verhaal krijgt de lezer een inkijk in het leven van Mona. We lezen over haar leven als 9-jarige, als 24-jarige en als 35-jarige. Mona is een onzeker meisje/vrouw die voortdurend bezig is anderen te pleasen en pas denkt gelukkig te zijn als anderen dat lijken te zijn. We leren over de moeizame relatie die zij heeft met haar vader en de nieuwe stiefmoeder, de emotionele beschadigingen die zij in haar vroege jeugd al oploopt en die haar blijven beïnvloeden in haar ideeën en gedrag, zelfs als zij al in de dertig is. De ziekte en de dood van Mona’s vader lijken een verandering te brengen waardoor Mona de volgende stappen in haar leven doet op basis van een andere overtuiging dan daarvoor. Zij leert van zichzelf te houden en voor haar eigen geluk op te komen.

Ik betrapte mezelf er op dat ik tijdens en vlak na het lezen met vragen zat, over onduidelijkheden in het boek, vooral over het halfzusje van Mona, haar vage verwijzingen over dingen die gebeurd zouden zijn en vooral een ongelooflijk zwaar en triest gevoel dat ik had bij de ongelukkigheid en onhandigheid van de hoofdpersoon. Een die ik herkende uit Op de Beecks debuut Vele hemels boven de zevende (2013) en die duidelijk voor een deel autobiografisch is, zo wist ik uit informatie van en over de auteur. Zulk gevoel kun je toch alleen maar zo goed beschrijven als je het zelf voelt? Met de kennis die zij deelde in De Wereld Draait Door over wat haar vroeger is overkomen dacht ik meteen: ‘Aha, Oja, nu snap ik het. Dit is waarom ze in haar boeken niet het achterste van haar tong liet zien. Ze wist het toen al wel toen ze dit schreef, dat dit haar was overkomen, maar ze schrijft er niet expliciet over, ze verhult het, maar ze voelde wel.’ De vage verwijzingen die Mona’s halfzusje geeft in Kom hier dat ik u kus waren nu voor mij opeens duidelijk, dat ging natuurlijk over seksueel misbruik… mijn gevoel van onvervuldheid dat ik had tijdens het lezen kon ik hiermee duiden en invullen.

Mijn medelezers in de boekenclub waren het hier niet allemaal mee eens en bovendien kwam de vraag op of we deze kennis wel moesten gebruiken om het boek te duiden en deze zwarte gaten in te vullen? Het leverde een interessante discussie en stof tot nadenken op. Het is weer een klassiek geval van wat is feit en wat is fictie, wat is autobiografisch en wat niet? Als lezer is dat soms lastig, maar voor een auteur ook. Altijd maar aangesproken te worden op wat je wel en niet als waarheid moet opvatten in hun werk, altijd maar het willen weten van het publiek hoe de beschreven relaties in een boek zich verhouden tot de privé-relaties van de schrijver.

Griet Op de Beeck is bezig een geheel eigen stijl neer te zetten en geniet duidelijk met volle teugen van het schrijverschap dat haar goed past. Ben zeker van plan haar nieuwste boek te gaan lezen (Het beste wat we hebben) en ben ook benieuwd naar de film die is gemaakt van Vele hemels boven de zevende.

Kom hier dat ik u kus. Griet Op de Beeck. Uitgeverij Prometheus, 2014. 384 pp.